Ik ben misschien zo nu en dan wat ambivalent over politiek en politieke onderwerpen, maar eigenlijk vind ik het ook erg leuk. Ik werk nu op de raadsgriffie, dus ik heb continue met allerlei facetten van democratie te maken. En als dingen raar of anders zijn, dan wordt ik blij en ga hard lopen.

Normaal bereidt het College stukken voor de Raad voor en dan beschrijven ze in een raadsvoorstel waar de Raad over mag stemmen (voor of tegen). De Raad kan daar dan nog zijn eigen sausje overheen doen met amendementen of moties. Nu heeft het College bij één van de voorstellen bedacht dat de Raad de keuze krijgt voor A of B. En dat is anders, dat is spannend. Ik had eens diep nagedacht hoe de besluitvorming verloopt. Want als je de keus tussen vlees of vis hebt (A of B) en er is keuze uit een paar sausjes (amendementen) of bijgerechten (moties), dan groeit het aantal mogelijke gerechten bijzonder rap. Dus had ik bedacht: we kiezen eerst voor variant A of B en dan gaan we daarna kijken hoe we die variant op smaak kunnen maken. In mijn voorstel daarover had ik even snel als gedachte erbij gezet “Hoe gaan we er mee om als het verschil in stemmen voor keuze A of keuze B heel klein is?” en dat was min of meer per ongeluk blijven staan.

Gisteravond spraken we over het onderwerp en dus ook over de besluitvorming en precies deze gedachte werd eruit gepikt. Als echte vrouw en relatief nieuw in deze politieke arena excuseerde ik me natuurlijk heel snel en vertelde dat het nog zoeken was. Er werd dan ook gelijk besloten dat meerderheid van stemmen, meerderheid van stemmen van stemmen was. Geen raar gedoe. En we gingen verder in de inhoudelijke discussie. Pas na de afsluiting van de bijeenkomst sprak één van de raadsleden (ook vrouw en nog niet gepokt en gemazeld als raadslid) me aan: “Eigenlijk vind ik dat je wel gelijk hebt met je vraag over hoe groot de meerderheid moet zijn, want deze keuze is zo fundamenteel”.

Op dat moment ging de avond door en kon ik er niet verder op ingaan. Pas op de fiets naar huis realiseerde ik me hoe jammer het was dat ze deze opmerking niet ín het overleg geplaatst was, want dan hadden we een fundamentele discussie gehad. Het is namelijk echt de vraag of alleen uitgaan van de meerderheid je helpt in het draagvlak dat je hebt. Dat is wat je nu in het erg groot bij de Brexit ziet gebeuren: de meerderheid is niet meer dan een mantra geworden voor iets dat op het leven van heel veel mensen invloed heeft.

Toen ik net bij de gemeente Wijk bij Duurstede werkte heb ik een cursus Deep Democracy gedaan. Het principe hiervan is om de stem van de meerderheid te verrijken met de wijsheid van de minderheid. Dat betekent dat als je een meerderheid hebt, je niet ongegeneerd je mening doordrukt, omdat je de meerderheid hebt, maar dat je luistert naar de argumenten van de minderheid en kijkt wat die voor jouw voorstel kunnen betekenen. Dit is natuurlijk nagenoeg onmogelijk bij een referendum waarbij een ingewikkeld onderwerp wordt platgeslagen tot een Ja-Nee-vraag zonder argumenten.

Terug naar de Raad. Of het ons beider onervarenheid is of dat het “typisch” vrouwelijk gedrag is durf ik niet te zeggen, maar het is jammer dat we ons niet in de vergadering hebben laten horen, want dan was de discussie een stuk fundamenteler geweest. Of het de plaats en de tijd was om die fundamentele discussie te voeren is een tweede, maar hij dan in ieder geval heel even op de agenda gestaan.